donderdag 24 maart 2016

Zijn we klaar voor technologie in onze les?

INLEIDING

Zijn we klaar voor de technologie in onze les?

Een recent artikel in De Tijd (18 september 2015) geeft aan dat we niet klaar zouden zijn om technologie in onze lessen te integreren en dit meerbepaald in het middelbaar onderwijs. Dit komt voort uit een onderzoek van het OESO (Organisatie voor Economische samenwerking en Ontwikkeling) waaruit blijkt, in hun rapport, dat het verband tussen de schoolresultaten van de leerlingen in het middelbaar onderwijs en het computergebruik zwak tot negatief is. Dit artikel koppel ik graag aan een ander artikel van De Tijd (30 oktober 2015) waar men ook aangeeft dat het onderwijsaanbod niet genoeg wordt gedigitaliseerd, dit nu wel op Universiteitsniveau.

REFLECTIE

Het eerste artikel is een opiniestuk waar ik graag verder op in zou gaan. Er wordt onder andere aangegeven dat scholen technologie gebruiken voor de innovatie, maar vaak evolueren de lesmethoden of werkvormen niet mee, dit is natuurlijk een vingerwijzing naar de leraren. De vraag is echter of zij wel opgeleid zijn met deze nieuwe methoden en werkvormen? Dit wordt op zijn beurt gecounterd door het feit dat de noden van het onderwijs niet worden opgevangen door de bestaande apps en onderwijstechnologie. Dit toont de welbekende educatieve “App-gap” aan, waar de leerkrachten dus de dupe van zijn. Indien ze onderwijstechnologie op een goede manier willen gebruiken verhoogt hun werklast ook aanzienlijk terwijl ze niet zeker zijn van de meerwaarde in de klas.
Het ander artikel van De Tijd (30 oktober 2015) gaat over de digitalisering in het hoger onderwijs meerbepaald de Universiteiten. Volgens Pierre Dillenburg, expert digitaal leren, hebben de Vlaamse Universiteiten de mogelijkheden om te digitaliseren, ook is hij een grote voorstander van MOOC’s (Massive Open Online Courses). Hiervoor is er naast de onderwijstaal die als barrière optreedt, opnieuw de werklast voor de docenten en leraren zoals hierboven aangegeven enorm groot.

Er is dus een dubbele vraag; Zijn wij als leerkrachten klaar? En is de technologie wel reeds klaar?

Zoals in de lessen aangehaald zijn er zowel voor- als nadelen zoals bij alles. Het kan het onderwijs verrijken, internationaliseren en het werkt extra motiverend (is een pijnpunt in ons onderwijs) voor de leerlingen. Voor de leerkrachten zou men lesmateriaal kunnen hergebruiken, delen en automatiseren. Natuurlijk is er een kost en veel tijd aan verbonden. Ook komt de generatiekloof naar voor in de gezinnen, maar wat gedacht van de generatiekloof tussen alle leerkrachten. De leerkrachten van een vorige generatie worden geconfronteerd met de opkomende technologie zonder ze te beheersen, laat staan het gebruik ervan te integreren in hun lessen. En laten we eerlijk zijn, ikzelf heb er hondertal stage-uren achter de rug als leerkracht LO en kwam zeer weinig in contact met apps en ICT zowel gebruikt door mentoren als door mezelf. We zijn er veel te weinig mee in contact gekomen tijdens onze opleiding en zullen dit via bijscholingen moeten bijwerken. Zoals meegekregen in de slides van de eerste les is het ook onmogelijk om 40 jaar vooruit te lopen en dit meegeven aan leerkrachten in wording.
Uiteraard moet dit allemaal eerst bestaan. Als men aangeeft dat applicaties nog niet brengen wat ze zouden moeten brengen als leerrendement dan is het niet logisch om ze te gebruiken. Ik denk dus met mijn bescheiden kennis, dat we in een overgangsperiode zitten. Gebruik reeds wat er voor handen is, want die evolutie kan je niet stoppen en gebruik het niet om het te gebruiken. Dit gaf Jens Lynen op zondag 20 maart 2016 in zijn blogbericht ook reeds aan. Geleidelijk aan ICT integreren met ook zekerheid van wat de meerwaarde betekent voor de leerlingen is belangrijk. Het hangt sterk af van de leerkracht of het al dan niet kan geïntegreerd worden en ook van de materialen aanwezig op de school. Anthony Ingenito geeft in zijn blogbericht aan dat we dan nog minder zouden communiceren en de hele dag op de laptop zouden zijn. Dan zou ik graag even terugkomen op de MOOC’s (Massive Open Online Courses), dit kan reeds een begin zijn. We moeten het ene niet uitsluiten voor het andere. We kunnen beiden gebruiken om het onderwijs te verbeteren. Indien leerlingen reeds voorbereid aan de les kunnen beginnen doordat ze korte filmpjes bekijken kan dit ook voordelen met zich meebrengen qua communicatie. Hiermee crëeer je zoals in het artikel beschreven “Flipped classrooms” en kan je meer tijd spenderen aan de interactie tijdens de lesbijeenkomsten. Ook kan men via de MOOC’s kansen bieden aan mensen die zich op latere leeftijd nog willen bijscholen, dan denk ik aan alle leerkrachten die in de toekomst onderwijstechnologie in bijscholing zouden kunnen volgen.

Besluit


Eindigen zou ik willen doen door mij aan te sluiten bij de conclusie van het opiniestuk van Ellen Vanderhoven, ik citeer “ Laten we de oplossing dus niet, opnieuw, enkel bij bijscholing en werklast voor leraren leggen. Laten we in plaats daarvan een oproep doen aan uitgeverijen en ontwikkelaars van educatieve technologieën, om tegemoet te komen aan de vraag van leraren, leerlingen en scholen.”

Bronnen


Artikel 2: http://www.tijd.be/r/t/1/id/9693466


Filmpje:
Eenvoudige ideëen voor integratie van technologie in onderwijs: https://www.youtube.com/watch?v=5R8k1AiPheY

5 opmerkingen:

  1. Ik ben het volledig eens dat de "oplossing" niet enkel bij de leerkracht mag gelegd worden door hen extra werklast te geven en bijscholingen. Aan de andere kant moet de vraag wel van de leraren, en scholen in het algemeen, komen. Waarom ontwikkelen uitgeverijen of ontwikkelaars educatieve technologieën? Om winst te maken. Dat deden ze ook met schoolboeken... Zolang ze winst maken door schoolboeken te verkopen worden ze niet gedreven om meer en betere educatieve technologieën te ontwikkelen. Leerkrachten en scholen moeten dus de eerste stap zetten in de overgang zodat dit een domino effect kan teweeg brengen. Wanneer de uitgeverijen inkomsten verliezen doordat scholen geen boeken meer aankopen of wanneer ze inkomsten zien verhogen doordat de scholen meer educatieve technologieën aankopen, zullen ze gedreven worden om meer technologieën te produceren en te vernieuwen. Dit heeft op zijn beurt tot gevolg dat steeds meer scholen de technologieën aankopen. Dit is nu nog niet het geval. Leerkrachten houden nog teveel vast aan conventionele methoden. Dit is wel begrijpelijk gezien de grote werklast, maar dit betekent dus dat de vraag waaraan de bedrijven tegemoet zouden moeten komen misschien niet groot genoeg is om de productie en vernieuwingen te stimuleren.
    Deze gedachtegang houdt natuurlijk in dat de leerkrachten en scholen de eerste stap moeten zetten om veranderingen teweeg te brengen. En dat bijgevolg de werklast en investeringen op hun schouders terecht komt. Maar de vraag is en blijft: kunnen we van bedrijven, die enkel uit zijn op winst, verwachten dat zij grote investeringen gaan doen zonder de garantie dat de scholen bij hen die technologieën gaan aankopen? Zolang zij geen bewijzen hebben dat scholen deze technologieën ook werkelijk op grote schaal gaan implementeren zou ik er niet op rekenen.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Bedankt voor jouw reactie op mijn bericht/artikel. Ik vind het een zeer interessant perspectief dat je aanhaalt, omdat ik het van het oogpunt van de bedrijven niet had bekeken.

      Misschien kunnen subsidies via minister van onderwijs ervoor zorgen dat ze ondersteund worden voor het creëren van educatieve technologie en dus zelfs zonder dat school en leerkrachten de eerste stap moeten zetten dit reeds ontwikkelen.

      Een beetje in deze richting: https://mediawijs.be/nieuws/vraag-subsidies-aan-voor-de-ontwikkeling-van-educatieve-en-entertainment-games

      Ik stel mij in de plaats van de leerkrachten en zeker de oudere generatie, ze willen misschien wel de stap zetten naar meer technologie, maar indien er nog niet iets bestaat die volledig beantwoordt aan de eisen van de leerkrachten, waarom het dan gebruiken?

      Natuurlijk is het ook een taak van de leerkracht om creatief te zijn en mogelijkheden van technologie af te toetsen en zaken reeds te verwerken met technologie.

      Verwijderen
  2. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ik heb de reflectie van Yannick en de opmerking van Elke met veel interesse gelezen. Ik zou willen terugkomen op de vraag "Zijn wij als leerkracht klaar?". De ideale leerkracht is misschien de leerkracht die niet alleen kennis overbrengt maar die vooral ook een begeleidende rol vervult en als animator optreedt. Dat de leerkrachten een verhoogde werklast krijgen door de nieuwe technologieën staat vast. Het gevaar is dan ook groot dat vooral bij oudere leerkrachten, er een risico bestaat van weerstand tegen verandering omwille van een minder vanzelfsprekend aanpassingsvermogen en een gestegen werklast. Daarom is het volgens mij belangrijk voor de leerkrachten, zowel jong als oud, om op een heel degelijke manier (misschien zelf met psychologische hulp in bepaalde gevallen) opgeleid te worden in de nieuwe methoden en werkvormen. Indien dit niet gebeurt, zal hun "geloof" in de nieuwe technologieën ondermijnd blijven en zullen ze de leerlingen nooit kunnen boeien en op een geschikte manier, de nieuwe onderwijsvormen kunnen bijbrengen.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ik ben het met je eens dat de oudere generatie leerkrachten het moeilijk zouden hebben en ik denk aan een soort licentiesysteem. Laat mij dat even verduidelijken, het komt uit de voetbalwereld, waar je als gediplomeerde trainer elk jaar over een bepaalde periode de tijd hebt om je licentiepunten te halen om je diploma "actief" te houden. Dit door voordrachten van bekende trainers te volgen, bijscholingen of demotrainingen te bekijken.

      Dit kan men misschien verwerken in het onderwijs. Dat je als leerkracht om de 3 jaar je diploma moet "updaten" met binnen je vakgebied of vakoverschrijdend nieuwe bijscholingen te volgen. Dit kan ruimte geven om de technologie in je vakgebied aangeleerd te krijgen en zoals je aanhaalt nieuwe methoden en werkvormen ontdekken.
      Dit is geen revolutionair idee want bijscholingsdagen bestaan reeds, maar moet volgens mij nog geoptimaliseerd worden met een soort opvolgingsysteem.

      Verwijderen